Mechaniek voor het openen en sluiten van luchtramen in kassen en bakken.
de gebruikelijke systemen zijn:
a. Uitzetijzer. M.b.v. een aan het luchtraam bevestigd ijzer met gaatjes of inkepingen kan dit op één of meer afstanden worden geopend.
b. Glijbaantjes (vooral in druivenserres). Aan een trekstang is onder ieder luchtraam een schaar bevestigd, die geleiding vindt langs een gebogen beugel, die onder het luchtraam aan de kas is aangebracht. Door de ronde trekstang te verplaatsen, opent en sluit men de ramen.
c. Buissysteem met scharen. Op een pijp zijn scharen geplaatst, die ook aan het raam zijn bevestigd. Door de buis m.b.v. een hefboom te draaien worden de ramen geopend en gesloten.
d. Rechte of gebogen tandstang. Aan de luchtramen zijn rechte of gebogen tandstangen bevestigd, die d.m.v. een los huls tegen tandwielen aan een onder de ramen bevestigde ronde stang worden gedrukt. Door de stang m.b.v. een handliertje of electromotor te draaien, worden de luchtramen geopend en gesloten.
In de moderne kassen begint men thans het luchten automatisch te regelen. Dit geschiedt m.b.v. een electromotor, die in- en uitgeschakeld wordt door een temperatuurregelaar, of ook wel hydraulisch.
Ook gaat men gebruik maken van luchtkokers op de nok van de kas, waarin dan soms, zoals in Am., ventilatoren zijn aangebracht.