1. Ziekte van pruim, perzik en vele andere loofbomen, waarbij de bladeren een eigenaardige melk- of loodachtige glans vertonen.
Later worden de bladeren geel en vallen af. terwijl de aangetaste takken of de gehele boom afsterven. Op de afgestorven stam (ook op opgeslagen hout) worden de paarse vruchtlichamen gevormd van de basidiomyceet Stereum purpureum FR., de oorzaak van deze ziekte. De infectie heeft plaats door wonden en de parasiet ontwikkelt zich in de vaten, waarbij stoffen worden afgescheiden, die de loodglans-symptomen in de bladeren teweegbrengen. Bestrijding door hygiënische maatregelen (opruimen van afgestorven bomen en dode takken door verbranden, inspectie en evt. opruimen van hekpalen en boomstompen in de omgeving). Enig resultaat verkrijgt men ook door het toedienen van chem. stoffen (injecties in de stam of bespuiting van het blad).2. Looderts, PbS (z. Lood).