Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 18-11-2021

Leverbot

betekenis & definitie

is een parasiet, Fasciola hepalica L., behorende tot de wormen, en voorkomende in de galgangen van de lever, voorn. van schapen en runderen. Het is een platte worm, 18-50 mm lang, die de vorm heeft van een bot of schol.

De volwassen l. legt eieren, die met de gal in de darmen en met de mest op de grond terechtkomen. Uit deze eieren ontwikkelen zich na 2-6 weken larven (z.g. miracidia), die geheel behaard en ongeveer ⅕ mrn lang zijn. Zulk een larve dringt binnen 24 uur (anders gaat zij te gronde) in een slakje (Limnaea truncatula) en wordt daar tot een sporocyste, die ruim 1 mm lang is. In de sporocyste ontstaan 5- 8 z.g. rediën, die, als ze zich geheel ontplooid hebben, 1-3 mm lang zijn. Bij ongunstige omstandigheden vormt een redia in zich dochterrediën, anders wordt hij tot cercaria, een ongeveer ¼ mm lang diertje met een ½ mm lange staart. Deze cercariën verlaten na 5 à 7 weken de slak weer, verliezen dan hun staart en gaan zich verpoppen.

Deze poppen, die vastgehecht zitten aan grassprietjes, vormen het besmettelijk stadium. Ze worden door dieren met het gras opgenomen en komen via de darm, darmwand, buikholte weer in de lever terecht, waar ze na 2 à 3 maanden weer geslachtsrijp zijn.Doordat de slak, die de l. voor zijn ontwikkeling nodig heeft, aan vochtige omgeving gebonden is, zien we de l.-ziekte (ongans) vooral in vochtige weilanden optreden. Ontwatering betekent l.-bestrijding. De laatste tijd tracht men ook door het strooien van zout de slakken te vernietigen, waardoor de l. niet kan blijven leven.

de schade die de l. veroorzaakt bestaat in vermagering, dus vleesverlies, minder melk en wolverlies. De l. is met bepaalde geneesmiddelen doeltreffend te bestrijden.

< >