Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 18-11-2021

Kwartier

betekenis & definitie

1. (veet. ) is één van de vier delen, waaruit de uier van een koe bestaat. Men onderscheidt daarbij twee voor- en twee achterkwartieren.

2. (bosb.) K. of quartier is een uitdrukking, gebruikt in de houtindustrie voor radiaal. Men spreekt van k. gezaagd (Eng.: rift sawn), wanneer de zaagsnede ten naaste bij door het hart van de boom gaat, zulks in tegenstelling met dosse of tangentiaal (Eng.: flat sawn), d.i. de snede loodrecht op het kwartiervlak. K.-zagen levert hout met z.g. staande nerf. De richting tussen k. en dosse heet half k. of faux quartier. Op het kwartiervlak worden de mergstralen in hun lengte zichtbaar als z.g. spiegels, vandaar dat dit vlak ook wel het spiegelvlak wordt genoemd. Op het dosse vlak tekenen de jaarringen zich af als vlammen, men spreekt daarom wel van op vlam zagen. Daar hout in radiale richting minder krimpt en zwelt dan in tangentiale, is zulks eveneens met k. gezaagde planken het geval en zijn deze minder onderhevig aan werken en kromtrekken dan dosse gezaagde. Het k.-zagen is moeilijker dan het dosse zagen en geeft meer houtverlies. Men past het daarom alleen toe, wanneer het gaat om de sierwaarde der spiegels, zoals bij eikenhout, en in gevallen, waar bijzondere kwaliteitseisen worden gesteld.