Melilotus, is een fors groeiend vlinderbloemig gewas, dat zowel in de geel- als in de witbloeiende vorm in ons land in het wild voorkomt, echter als cultuurgewas niet verbouwd wordt. Onder de naam ‘sweet clover’ vindt h. echter veel verbreiding als voedergewas in de Ver.St. en Canada.
Dat de teelt van dit overigens weinig eisende, snel groeiende, diepwortelende, zeer eiwitrijke gewas in ons land tot heden geen ingang vond, vindt waarschijnlijk zijn oorzaak in de tegenzin die het vee heeft om dit voeder op te nemen. Dit als gevolg van de sterke verhouting, geringe bladmassa en vooral van het vrij hoge gehalte aan bitterstof (de overigens onschadelijke cumarine). Doordat het gehalte aan bitterstof bij de jonge plant nog gering is, verdient beweiden voorkeur. Gekweekte cumarine-vrije soorten bezitten een geringere vitaliteit. De teeltwijze van h. komt overeen met die van lucerne. H. wordt meestal onder dekvrucht gezaaid en wel 25 kg zaad per ha. Ingezaaid onder een vroeg-ruimende dekvrucht zou h. ook als groenbemester voor hakvruchten kunnen dienen.