Het gewas, dat dienst doet om een ander gewas, dat op hetzelfde perceel is uitgezaaid, te beschermen tegen ongunstige invloeden, droogte, zonneschijn, onkruid. Vooral bij de inzaai van grasland wordt dikwijls van een dekvrucht gebruik gemaakt, die groen of rijp kan worden geoogst.
Haver, maar ook de andere granen en vlas zijn veel voorkomende d. Een zwaar gewas van een rijpe d. is dikwijls schadelijk voor het ondergezaaide gewas. Bij klaver als ondervrucht laat men vrijwel steeds de d. volledig afrijpen. Ten einde het ondergezaaide minder te schaden wordt i.h.a. een kleinere zaadhoeveelheid van de d. gebruikt.