wordt gehouden door de provinciale Bonden van fokverenigingen, ieder zelfstandig. Samenwerking is er in de Ned.
Organisatie voor de Geitenfokkerij. Door keuring en geboortecontrole worden de geiten aangewezen, die in de provinciale registers worden ingeschreven: ‘volbloeden’ in het stamboek, ‘wilden’ in register of hulpstamboek. Daarnaast worden op melkproductie officieel onderzochte, beste geiten vaak in een keurstamboek als aangewezen ‘bokkenmoeders’ ingeschreven.