Een fam. van allerkleinste wantsjes, die door hun geringe grootte weinig in het oog vallen. Deels zijn zij phytophaag en voeden zij zich met plantensappen, ook steken zij vruchten aan; deels zijn zij carnivoor en maken zij jacht op andere kleine insecten en mijten, die zij uitzuigen.
Als verdelgers van bladluizen en van spint zijn bepaalde soorten nuttig, b.v. Anthocoris gallarmn DEG. in gallen van Schizoneura ulmi L. op iep, en A. nemorum L., bekend als vijand van het fruitspint. Bepaalde soorten vindt men ook onder schors, in hooi en stro, in huizen tussen oud verpakkingsmateriaal, waar zij jacht maken op stofluisjes (Psocidae), mijten e.d. Ook in Indon. rijk vertegenwoordigd.