Vleien, flemen; - van pers.: rondslenteren, lanterfanten.
Tybaert kwam met opgeheven staart langs zijn benen fleren om te mogen meegaan, TIMMERMANS 1966, 16.
Sam.: rondfleren, rondslenteren (De Witte bleef een tijdje in de huiskamer rondfleren, CLAES 1955, 126).