Inz. m.betr.t. boter: tot even onder het kookpunt verhitten, wellen; - ook het verl. deelw. geblondeerd als bnw.: geblondeerde boter, gewelde boter.
Snijd de venkelknollen in vieren, zet ze op met kokend water en zout, giet ze af en laat ze in de geblondeerde boter glijden, Kookkunst 5, 33 (c.1977).