Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

beuk

betekenis & definitie

In de verb. er met de beuk ingaan, keihard toeslaan, steeds opnieuw klappen uitdelen (door herhaalde uitlooppogingen).

De Giroleider was totaal leeggereden, uitgeperst als een citroen door J.D.M. en W.P. , die er tijdens de hele beklimming met de beuk waren ingegaan en de ene aanval na de andere hadden gelanceerd, Gazet v. Antw. 3/6/1977.

< >