Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

betrek

betekenis & definitie

Betrekking, verband; - met betrek op, met betrekking tot; - er geen betrek mee hebben, er niets mee te maken hebben.

Wat betrek bestond er tussen den jongen kerel van toen, en den dompelaar van nu? STREUVELS 1962, 90.

Vlak daarnaast... voert de Schelde haar... water, boordevol tot aan de oevers, onmeedogend en buiten alle betrek met menselijk gedoe, vordert ongestoord, gehaast haren weg, STREUVELS 1964, 171.

Onderzoek met betrek op het probleem van de bouwvallige woningen, Keurig Ndl. 1973, 70.

< >