Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

aanfronsen

betekenis & definitie

Aanrimpelen. - Ook het verl. deelw. aangefronst als bnw.

Een marineblauw flanel... voor een schort-overgooier.... De vloeite van het rokdeel is lichtjes aangefronst, Vrouw en Wereld dec. 1973, p. 42. Knoopsluiting in het voorste, een modelletje in een popeline tergal met drie elastische stiksels die de lenden aanfronsen, Vrouw en Wereld maart 1974, p. 40.

Jurk in puur katoen, brede strook onderaan en aan de halsuitsnijding, aangefronste taille, kantbiezen, pofmouwen, Gentenaar 13/5/1977.

Fijn jurkje in wollen Schotse stof. Verhoogde lenden en aangefronste rok, Vrouw en Wereld dec. 1977, p. 46.