Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

Gepubliceerd op 27-11-2021

tuigdorp

betekenis & definitie

(2011) (inf.) containers waarin burgers die voor veel overlast zorgen, geïsoleerd van de samenleving, worden geplaatst.

• De omstreden Nederlandse politicus Geert Wilders wil 'tuigdorpen' oprichten. In zo'n tuigdorp zouden veelplegers geïsoleerd worden van de rest van de samenleving. (De Standaard, 10/02/2011)
• Zit in een Zwitsers tuigdorp met veel Russische maffia, die hun vrouwen nog in minkjassen hullen en hun ski's door Aziatische au pairs van het chalet naar de lift laten sjouwen. (Youp van ’t Hek: Wie verstaat er Kips? 2011)
• En zo realiseert een socialist een project dat nog werd weggehoond toen de extreem-rechtse Geert Wilders in 2011 met het idee van ‘tuigdorpen' op de proppen kwam. Overigens was dat idee toen ook al lang niet nieuw meer. Vóór de Tweede Wereldoorlog reserveerde vrijwel elke Nederlandse stad een aparte plek voor asocialen. (De Standaard, 02/01/2013)
• Onaangepaste types worden verbannen naar containers aan de randen van de stad. De tuigdorpen, hufterhutten en asowoningen zijn de woonscholen van nu, maar dan zonder de opvoedgedachte. (De Groene Amsterdammer, 20/11/2013)
• Van een andere orde zijn de tuigdorpen, enigszins afgelegen gebieden bij een stad of dorp waar asociale mensen worden ondergebracht, die in de reguliere wijken te veel overlast veroorzaken. (Wim Daniëls: Het dorp. 2019)