Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

Gepubliceerd op 14-12-2021

sikkerlap, sjikkerlap, sjikker ponem

betekenis & definitie

(1900) (Barg.) dronkaard, zuiplap. Sikker of sikkerig is (Amsterdamse) jodentaal voor dronken. Het komt van het Hebreeuwse woord 'sikkór' (dronken).

• En jij ben 'n sikkerlap zònder hemmetje an! - (Herman Heijermans: Op hoop van zegen. 1900)
• Vastgeroest zaten ze aan het spel en ze kwamen d’r nooit in hun leven van af... Net als sjikkerlappen waren ze,.. (Alex Booleman: Verdoemenis. Het leven van een speler. 1931)
• Sjikkerlap: dronkaard, zuiper. (E.G. van Bolhuis: De Gabbertaal. 1937) Ook: Sjikkernikkel (E.G. van Bolhuis: De Gabbertaal. 1937)
• Zeg sjikkerlap, ga jij een eind opzij... (Kees Pruis: Een ongeval op straat. ca. 1935)
• ... de wapenbroeders, de oubollige sjikkerlappen. (Willem van Iependaal: Kluivenduikers Doedeldans. 1937)
• Het herhaalde zich zo dikwijls, dat hij zichzelf een halve sjikkerlap begon te vinden met al die glazen wijn. (Sal Santen: De kortste weg. 1980)