Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

Gepubliceerd op 27-04-2022

nipneuken

betekenis & definitie

(20e eeuw) (Dordrecht, inf.) zeuren, zaniken.

• Nipneuke: muggeziften; zeuren; zaniken ("leg nie zo allemaggies te nipneuke!") (Sibrand de Grauw en Gerard Gast: ABC Dordt. Dordtse woorden en uitdrukkingen, dialect, verhalen en versjes, gedichten en straattypes. 2014)

< >