(19e eeuw) (dobbelspel) gezegd door een dobbelaar die het laatst werpt of de rest van het geld ontvangt.
• In Westfriesland zegt een dobbelaar, die het laatst moet werpen, d. i., de laatste beurt heeft of de rest der centen ontvangt: “ik ben boef,”. (De Navorscher. 1863)
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk