Gods eigen wapen

betekenis & definitie

(1983) (politie) de marechaussee. Meesmuilende benaming gegeven door de andere korpsen.

• Hoewel de moderne marechaussee midden in de maatschappij staat — je vindt ze in kerkbesturen, ze zijn actief in politieke partijen en gemeenteraden — zien marechaussees zichzelf nog wel graag als een militair keurkorps („Wij ziin Gods eigen Wapen, een Wapen om de hel mee te overwinnen; dat wordt bij ons wel eens gedacht," aldus een oud-marechaussee-kolonel). (De Telegraaf, 16/08/1983)
• 'Gods werkgevers' kan gauw een beetje snorkerig arrogant klinken, zoals wanneer sommige Amerikanen hun land betitelen als 'Gods own country' of zoals wanneer marechaussees hun wapen 'Gods eigen wapen' noemen. (De Werkgever. 1986)
• Omdat het de sergeant-instructeur maar niet lukte mij de kunst van het motorrijden bij te brengen gezeten in het brede zadel van dat groene monster was ik het tegendeel van de krijgshaftige marechaussee waartoe ik, als dienstplichtig militair, was voorbestemd en omdat ik tegelijkertijd een postuur had dat qua pasvorm perfect harmonieerde met de snit van een fiks formaat tijgervel belandde ik 33 jaar geleden min of meer per ongeluk in het tamboeren trompetterkorps van wat binnen de krijgsmacht wel smalend Gods Eigen Wapen werd genoemd: de Koninklijke Marechaussee. Daarna is het nooit meer helemaal goed gekomen met mij. (de Dordtenaar, 31/05/1997)
• Officieel moet ieder schip een monsterrol met gegevens van de opvarenden aan boord hebben. De controle daarop was tot 1998 een taak van de Douane. De afgelopen zeven jaar waakt de Koninklijke Marechaussee over het vreemdelingenverkeer. Gods eigen wapen, zoals de leden hun korps trots noemen, kreeg in 1998 een bruidschat van EUR11,4 miljoen mee. (Leeuwarder Courant, 29/09/2005)
• Onder begeleiding van drie wagens met OT'ers vervoerden de rechercheurs hun schat naar Valkenburg. 'Gods eigen wapen' nam de bewaking over. (Gert van Beek: Meneer Heineken, het is voorbij: hoe de politie Freddy Heineken bevrijdde. 2013)