Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

Gepubliceerd op 10-06-2022

ergens omheen fietsen

betekenis & definitie

(1999) (inf.) iets ontwijken; rond de pot draaien. Fiets en het werkwoord fietsen komt voor in heel wat metaforen. Vgl. daar valt mee te fietsen; daar valt niet tegen te fietsen; dat wil er wel in fietsen; iets bij elkaar fietsen; iets ergens in fietsen; iets eruit fietsen; iets voor elkaar fietsen.

• Hé, fiets er niet omheen! Na wat we samen hebben gehad, mag je niet zomaar… (Lulu Wang: Het tedere kind. 1999)
• Enkele keren doen ze een beroep op materiaal van derden. En niet de geringste: Hanns Eisler, Wayne Shorter, Alban Berg, Charles Ives. Je merkt dat echter nauwelijks, want de drie instrumenten versmelten zo sterk dat ze zelfs het helderste compositorische gebaar stilletjes platdrukken. Dat vind ik dan toch een gemiste kans. Alsof stukken zoals Die Nachtigall (van Berg) en Serenity (van Ives) te weinig dwingend materiaal aanbrengen dat je er vrolijk omheen kunt fietsen. (De Morgen, 16/02/2001)
• Brengt de auto veel belastinggeld op? Ongetwijfeld. Maar over Vlaamse, federale of andere subsidies en steunmaatregelen voor de automobielsector wordt zedig gezwegen. En waar de onderzoekers schroomvallig omheen fietsen, zijn de kosten die het autoverkeer voor de samenleving veroorzaakt. (De Standaard, 02/11/2006)
• Van iedere Amerikaanse serie verschijnt er altijd minstens één seizoen te veel, en dat is er ook wat aan te zien. Dat merk je aan de vibe die de afleveringen in dit laatste seizoen van Narcos uitstralen. De reeks heeft, sinds ze in 2015 Netflix wereldwijd op de kaart hielp zetten, altijd wat gezwalpt wat de personages betreft omdat de verhalen gebonden zijn aan de historische waarheid: wanneer een personage als Pablo Escobar of Félix Gallardo wordt vermoord of achter de tralies verdwijnt, moeten de scenaristen daar natuurlijk omheen fietsen. (De Morgen, 10/11/2021)