Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

Gepubliceerd op 24-04-2023

engelenbak

betekenis & definitie

1) (19e eeuw) (ton.) hoogste en goedkoopste plaats in het theater. Daar zit men het dichtst bij de hemel. Fransen noemen dit 'le paradis', Amerikanen hebben het over de 'Niggers' heaven'.

Engelenbak, de geringste plaats in den schouwburg, tevens de hoogste; in tegenstelling van den beneden bak het parterre. In België kiekenst of nilenkst. (Taco H. de Beer en E. Laurillard: Woordenschat, verklaring van woorden en uitdrukkingen. 1899)
• 't is daar in dien Engelenbak altijd zoo'n herrie. (Justus van Maurik: Toen ik nog jong was. 1901)
• Ja, we hebben het studenten-concert genoten; ik weet niet of dat wel het juiste woord er voor is. ... hem joviaal in de rede; „we zijn erg blij; we zullen nu ten minste niet bij vergissing in parterre of engelenbak aanlanden. (Eigen Haard. 1904)
• Neen! dan zie ik liever den troep op 't Leidsche-plein en betaal een schelling in de engelenbak, hoor! (Justus van Maurik: Oude kennissen. 1909. Tweede druk)
• De schouwburg heeft zijn besten tijd gehad. Engelenbak of paradijs heet nog altijd de geringste plaats in den schouwburg, het hoogst in het gebouw, in tegenstelling met den beneden bak, of hét parterre. (de Groene Amsterdammer, 09/08/1914)
• We zaten helemaal opzij, in de engelenbak. (Jan Mens: De kleine waarheid (1967)
• Engelenbak: amfitheater. (Piet Grijs: Blijf met je fikken van de luizepoten af. 1972)
• Als het aan het gepeupel in de engelenbak had gelegen, had men de tragedies al lang geleden afgeschaft en uitsluitend kluchten opgevoerd; het waren de rijken en de bevoorrechten die ze in leven hielden. (Jan de Hartog: Het koninkrijk van de vrede (vier delen). 1972-1975)
• Engelenbak. Bovenste plaatsen in de schouwburg. Vermoedelijk met de bijgedachte aan de engelen in de hemel. (Puzzel Vademecum. Deel 1. 1979)
• ‘We zitten in de engelenbak,’ zei ze. Die naam gaf onze plaats rechts op het schellinkje iets bijzonders. Vanaf daar kon je een stuk van het toneel niet zien, maar je kon wel in de coulissen kijken, zodat je ook een beeld kreeg van de danser wanneer die geen man van adel was. (Patricia F. Wessels: De wensdagen. Een jeugd in de Jordaan. 2016)
• Voor twee gulden zat je ergens in een engelenbak en na de pauze volgde je de voorstelling vanaf de eerder gespotte lege plekken op het balkon of in de zaal. (Marjan van den Berg: Requiem voor een Pietje. 2018)

2) (1997) (voetb.) deel van de eretribune waar de spelersvrouwen zitten.

• (Arno Kantelberg: Voetbaltaal. 1997)

3) (1991) (Delft, stud.) studentenhuis van Virgiel.

• (Albert Gillissen & Paul Olden: Het eerste Nederlandse Studentenwoordenboek. 1991)
• (Jiska Duurkoop: Straatpraat: Hoe moderne straattaal Nederland verenigt en verdeelt. 2018)
• Engelenbak. Het oudste en grootste studentenhuis in Delft, gelegen aan de Oude Delft.. Er wonen 28 studenten die lid zijn van Virgiel of het Delftsch studenten Corps. (http://studenten-woordenboek.nl, ongedateerd)