Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

Gepubliceerd op 10-07-2021

ton

betekenis & definitie

(1950) (Vlaanderen, Barg.) bankbriefje van 1000 gulden; later ook voor 1000 Belgische frank.

• Ton. Volksbenaming van een bankbriefje van duizend gulden in Noord-Nederland. Deze benaming werd, tijdens de tweede wereldoorlog, door de Wase smokkelaars alhier ingebracht voor een briefje van duizend frank. (Oostvlaamsche Zanten. Mededelingen van de bond der Oostvlaamse folkloristen, september-december 1950)