Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

Gepubliceerd op 23-08-2020

bieb

betekenis & definitie

(1912) (jeugd) verkorting van bibliotheek. Vgl. Duits: 'Bibli'. Engels: 'Libe'.

• Als afkorting komt voor bibliotheekboek bibeltje voor. Zoo heet ook in Haarlem (Kw. voor M.) de bibliotheek de biep. Op dergelijke wijze werd van de docentenkamer: de doos. (De Preanger-bode, 10/08/1912)
• Want zelfs toen ik bij Pa zat, had ik nog wel eens een bieb-boek onder mijn atlas liggen. (Cissy van Marxveldt: De H.B.S. tijd van Joop ter Heul. 1919)
• Alleen in de zegswijze: in een mum van tijd voor: in een oogwenk of wat men tegenwoordig noemt: in de kortste keren komt het woord mum voor. Het is een samentrekking van het woord minimum: kleinste laagste geringste, minste. Zulke samentrekkingen zijn er vele in het Nederlands, maar de meeste worden slechts in bepaalde kringen gebruikt. Enkele zijn in de algemene taal doorgedrongen. Zo klinken bios en bieb (bibliotheek) mij meisjesachtig in die oren; prof, lab, soos en prol behoren tot de studententaal, luit voor luitenant is soldatentaal, temp voor temperatuur verpleegsterstaal, juf lagere-schooltaal. Pon en toffels voor nachtjapon en pantoffels klinken huiselijk, maar bus voor autobus en foto voor fotografie bezigt iedereen en ook: hij is in zijn hum voor: in zijn humeur. (Tubantia, 06/06/1974)
• Tegelijk zijn er een paar boeken op de achtergrond: moet nog uitgelezen worden, moet nog bekeken worden. Sommige van deze muurbloemen staan lang op de achtergrond en gaan dan stilletjes weer terug naar bieb of uitlener. (Hugo Brandt Corstius: Vrijdag? Dit moet cultuur zijn! 1989)
• ‘Maar welk boek las je dan in de bieb?’ vroeg ik. (Kees ’t Hart: De neus van Pinokkio. 1990)
• Ze zegt ook steeds kortaf “effe” in plaats van “even”, en ze zegt bijvoorbeeld “bieb” in plaats van bibliotheek. (Maarten ’t Hart: Onder de korenmaat. 1991)
• Ze werkt in de bibliotheek in West, zo'n gezellige buurtbieb, waar ze ook koffie schenken. (Marjan Berk: Een mooi leesboek. 1994)
• Daarna moet ik nog naar de bieb om een boek te laten verlengen. (Hermine Landvreugd: Margaretha bleef het langst liggen. 1996)
• De eerste keer dat ik je in de bieb zag, besefte ik wie ik op mijn twaalfde zat te potloden… (Lulu Wang: Het tedere kind. 1999)
• Het lijkt ideaal. Je e-mail checken of even internetten zonder kabels. Op de TU kan het al op veel plekken. In en om de aula, op het grasdak van de bieb, op een paar verdiepingen van Elektro en in een testlab van OCP. (Delta, 10/05/2003)
• Bij de bieb ben ik zelfhulpboeken gaan lenen. (Erica van Dam: Open. Columns. 2011)
• Mahir en Kosta lagen op hun bedden, beiden met een stripboek in hun hand, geleend in de bieb. (Özcan Akyol: Eus. 2012)
• Laynel en ik wisten niet precies waarnaar we op zoek waren, wat we wilden met de verhalen die we in de bieb vonden, maar achteraf bezien waren het handleidingen, strategieën om terrein te veroveren, op straat, op school, en later in de maatschappij. (Alex Boogers: De zonen van Bruce Lee. 2020)