Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

Gepubliceerd op 12-01-2024

belatafeld

betekenis & definitie

(1889) (euf.) gek, niet goed bij het hoofd. Syn.: bekotebikkerd*; belazerd*; besodemieterd*; besoepketeld*; besuikerd*.

• (Köster Henke: De boeventaal. 1906)
• Kletterend vlogen de prachtwerken tegen den grond en Kee's kloris kreeg dienzelfden avond ook een epistel, waarin ze vroeg „of-tie nou heelemaal belaaitafeld was en dat-tie nou wel voor goed op kon hoepelen'. (Rotterdamsch nieuwsblad, 08/12/1909)
• Dat in een dergelijk milieu allerlei zonderlinge woorden ontstaan, is begrijpelijk. Een enkel voorbeeld. Men weet dat „belazerd" een zeer plat woord is. Welnu, dit wordt verzacht(!) tot „belatafeld”, desgelijks „oplazer" (klap) tot „oplatafel". (de Sumatra Post, 11/03/1915)
• "Ben je belatafeld kerel, geld van míjn, 'k heb je toch betaald."(A. Smeding: Menschen uit 'n stil Stadje. 1920)
• Leve het visch-college ‘Mekreel, Haring of de belaaitafelde kuitschieter’.... (Israël Querido: De Jordaan: Amsterdamsch epos. Deel 4: Mooie Karel. 1925)
• Ik kan m'n paarden niet de hele dag in galop houe, ben jullie een haartje belatafeld? (A.M. de Jong: De wonderlijke waard van hotel Carlecas. 1941)
• Belaataafeld, dwaas, niet goed wijs. Ben je belaataafeld?, ben je niet goed wijs? (S. Keyser: Het Tessels. Inleiding, vocabulaire en teksten. 1951)
• Ben jullie nou belatafeld? Mij mag je gerust noemen! 't Kan mij wat bommen! (J.B. Schuil: Hoe de Katjangs op de kostschool van Buikie kwamen. 1952)
• Op dat ogenblik was ik er mij niet van bewust dat ik op een ander spoor was gerangeerd dat ik bij de neus genomen en belatafeld was door een meester in het spel. (Leeuwarder Courant, 13/04/1960)
• In veel gevallen kan het woord zich gemakkelijker doorzetten, doordat het vervormd en daarmee in ruimere kring bruikbaar werd. Mede als gevolg daarvan werd de woordafleiding ondoorzichtig en braken allerlei associaties af; zo werd sodomieters verkort tot mieters, belazerd (het lazarus = melaatsheid) week uit naar belatafeld, ouwe (kloot)zak werd gefatsoeneerd tot ouwe sok. (J.A. Huisman: Nette en onnette woorden. 1962)
• .... de toch langzamerhand totaal belatafeld geworden, van naatje betoeterde Ben Bos.... (Gerrit Komrij: Daar is het gat van de deur. 1974)
• Je bent belatafeld, ouwe. (Ben Borgart: Blauwe nachten. 1978)
• Ben je nou helemaal belatafeld? Die muiltjes die ons dametje draagt moeten niet goudkleurig maar zilverkleurig zijn, zo is het altijd geweest en zo zal het blijven totdat een andere commandant, na mij, misschien iets anders verordonneert. (J.M.A. Biesheuvel: Zeeverhalen. 1985)
• Ben je belatafeld! Maak ik na met m'n ogen dicht. (Maarten 't Hart: De steile helling. 1988)
• Tjonge, is die gluiperd hem naar Mexico gepiept! Wat zou hij daar moeten? Die man is helemaal belatafeld. Mexico! (Boudewijn Büch: Geestgrond. 1995)
• Wanneer de eerste 'Keleertjoo!' heeft geklonken, zit de stemming er meteen goed in. Het Rotterdamse publiek mag graag om zijn eigen taaltje lachen. Uitspraken als 'D'r most nog wat gerole worre', evenals 'Ben je belatafeld!' en 'Ik kan iedereen hier en mijn kunnen ze ook', scoren een vette lach van herkenning. Het is duidelijk: de musical Mooi Katendrecht, met Joke Bruijs in de hoofdrol, is een musical van Rotterdammers voor Rotterdammers. (Algemeen Dagblad, 15/04/1996)
• Rennen in jouw conditie? Ben je nu helemaal belatafeld!? (Marjoleine Tel: Campinggeluk. 2014)
• ‘Bent u belatafeld,’ reageert de voormalige doctorandus met onverholen afschuw in zijn stem. (Peter Buwalda: Suzy vindt van niet. 2014)
• ‘Zijn ze daar in Vlaardingen nou helemaal belatafeld,’ zei mijn vader, ‘hier in huis worden geen tanden gepoetst. (Maarten ’t Hart: Magdalena. 2015)
• House? Of ik van house houd? Bè’je belatafeld?! (Nanne Tepper: De kunst is mijn slagveld. Brieven 1993-2001. 2016)
• Bakker De Geer? Zijn ze nou helemaal belatafeld? Die is roomser dan de paus. (Maarten ’t Hart: De moeder van Ikabod & andere verhalen. 2016)
• Vijf meijer. Bennie nou helemaal belatafeld? Twee kennie krijge. (Dick Scholten: Betaalde troost. 2018)