Russisch dichter (Gouvernement Toela 29 Jan. (9 Febr.) 1783 - Baden-Baden 7 (19) Apr. 1852), heeft slechts weinige oorspronkelijke lyrische gedichten en elegieën nagelaten, maar daarmee luidde hij de glanstijd van de Russische lyriek in. Hij brak met de pseudo-klassieke stijl en mag beschouwd worden als een voorloper van Poesjkin; vooral op de latere dichters (met name de symbolisten) heeft hij grote invloed uitgeoefend.
Zijn grootste betekenis voor de Russische letterkunde ligt echter in zijn voortreffelijke vertalingen van Engelse en Duitse poëzie en van Homerus. Daardoor heeft hij voor de Russische dichters nieuwe perspectieven geopend. Zjoekowski is leermeester geweest van Alexander II; van die positie heeft hij gebruik gemaakt om Poesjkin en Gogol te steunen.Bibl.: Sobranje Sotsjinenii (3 dln, 1918).