Nederlands sterrenkundige (Gouda 24 Mrt 1886), studeerde te Groningen. Na van 1912-1914 op de Mount Wilson-sterrenwacht te Pasadena (Cal.) gewerkt te hebben, promoveerde hij in Groningen op een proefschrift Derivation of the change of colour with distance and apparent magnitude. Van 1915-1921 was hij assistent van J.
C. Kapteyn- in 1921 volgde hij Kapteyn op als hoogleraar en directeur van het thans Sterrenkundig Laboratorium Kapteyn genaamde laboratorium. Van Rhijn houdt zich vnl. bezig met statistische onderzoekingen over de bouw van het ons omringende Melkweg-stelsel en over de ware lichtkrachten der sterren. Zijn werk is grotendeels gepubliceerd in de Publications of the Kapteyn Astronomical Laboratory at Groningen.