Frans oriëntalist (Lunéville 24 Juli 1855 - Algiers 4jan. 1924.), studeerde te Parijs aan de „École des langues orientales vivantes” en de „École des hautes études” en werd in 1880 hoogleraar in het Arabisch aan de „École supérieure des lettres” in Algiers. Van 1881-1900 deed hij, gedeeltelijk in opdracht vande Franse regering, wetenschappelijke reizen in N.W.-Afrika.
Hij overleed als directeur van de genoemde „École supérieure”. Basset is de grondlegger van de studie der Berbertalen. Ook op het gebied der Arabische en Aethiopische talen heeft hij zich verdienstelijk gemaakt. Eindelijk nog heeft hij belangrijke bijdragen geleverd voor de kennis der sagen in het algemeen.Bibl.: over de Berbertalen: Notes de lexicographie berbère (1883-1888); Manuel de la langue Kabyle (1887); Contes populaires berbères (1887); Loqmân berbère (1890); Étude sur la zenatia de l’Ouarsenis (1895); Étude sur les dialectes berbères du Rif marocain (1899). Over de Arabische en Aethiopische talen: La Bordah du Cheikh el-Bousiri (1894) ; Documents géographiques sur l’Afrique septentrionale (1898); Grammaire, dialogues et dictionnaire touareg (1908); Mélanges africains et orientaux (1915).
Lit.: Mélanges René Basset (Paris 1925) ; aan het slot van dl II een volledige bibliografie van hem.