betekent nieuw gevormd woord. Vooral de vertegenwoordigers van de letterkundige „beweging van ’80” maakten er dikwijls gebruik van.
Jac. van Looy schrijft bijvoorbeeld : „... begloeid en betooverd beurde de berookte schouw zich op de nok daar en straalde uit de gaten der twee naast elkaar gelegde gebogen dakpannen, gansch in vuur, dunne wasemen uit voor het doorgoudelde blauw van den hemel. De beklimopte schutting onder den raamloozen kalkmuur, donkerde door de latjes en de bladspleten der foksia heen.” De meeste van de in die tijd gevormde nieuwe woorden zijn geen gemeengoed geworden.