eigenlijk Dandu (Dundhu)Panth (1825-?), hoofdaanvoerder van de opstand in Brits-Indië in 1857, was de zoon van een Brahmaan in Dekhan en de aangenomen zoon van Baji Rao, de laatste peshwa der Mahratten. Na diens dood maakte hij aanspraak op het jaargeld, dat de Britse regering aan de peshwa had uitgekeerd, doch de Engelsen (in casu de G.-G.
Dalhousie) wilden dit niet betalen. Na het uitbarsten van de grote opstand in 1857 aanvaardde hij het bevel over de Sipahi-soldaten(Sepoys) te Cawnpore. Hij viel deze stad aan, beloofde bij de overgave de Engelsen te zullen sparen, maar maakte, toen hij eenmaal binnengedrongen was, alle Europeanen, zelfs vrouwen en kinderen, tot slachtoffers van zijn onmenselijke wraak over het bestuur der Engelsen (26 Juni 1857). Na het dempen van de opstand vluchtte hij naar Nepal, waar hij waarschijnlijk gestorven is.Lit.: G. O. Trevelyan, Cawnpore (1865); G. W. Forrest, History of the Indian Mutiny, 3 dln (1904-’12).