(gest. Aug. 1192), neef van de vorige, regeerde van 1155 tot 1192.
Hij voerde oorlog tegen de Byzantijnse keizer Manuel I Comnenus en tegen de meeste zijner naburen. Met keizer Frederik I sloot hij in 1189 een verbond en beloofde vrije doortocht aan de Kruisvaarders. Daar hij door een zijner zoons, Koetb ed-din, werd verdreven, hadden de Christenen van deze zoon te lijden. De oude Kilidj Arslan vond toevlucht bij een andere zoon en stierf daar zonder Konia weer veroverd te hebben.