Oostenrijks politicus (Wenen 8 Juli 1873), oorspronkelijk officier, werd in 1920 Chr. Sociaal lid van de Nationale Raad.
Van Juni - Oct. 1921 en van Mei 1922 - Sept. 1933 was hij minister van Oorlog; tevens was hij van Sept. - Dec. 1930 Bondskanselier van een kabinet, bestaande uit Chr.-Soc. en Heimwehrleden. Hij vertegenwoordigde in zijn partij (welker voorzitter hij in Mei 1930 werd) de uiterste rechtervleugel. In Apr. 1933 kreeg hij de rang van generaal en in Sept, d.a.v. werd hij president van de Bondsspoorwegen. Gecompromitteerd door de déconfiture van de „Phönix-Versicherungsgesellschaft”, waarvan hij vice-president was, legde hij in 1936, al zijn openbare functies neer. Na de „Anschluss” verbleef hij enige tijd in een concentratiekamp.