gemeente in de Belgische provincie Luik, in de Haspengouwse kleistreek (470 ha, 175 m hoog); steenkolenmijnen, landbouw, metaalbewerking. Inw. (1949): 7474.
Eertijds bestonden hier twee heerlijkheden, een die afhing van St-Martens-kapittel te Luik, de andere van Truielingen. Op het kasteel verbleef Marlborough met zijn staf in 1702.