is de inlandse naam van de in Indië zeer gewaardeerde Bouea macrophylla Griff., een tot 20 m hoge boom uit de familie der Anacardiaceeën met leerachtige, lancetvormige, tot 36 cm lange, tegenovergestelde bladeren en pluimen van kleine, gele bloemen met 1 vruchtblad, dat uitgroeit tot een gele, 4-5 cm lange steenvrucht met een dunne, van buiten vezelige steen. Het lichte en taaie hout bezigt men tot wapenscheden, gereedschappen en buffeljukken.
De jonge vruchten in zout ingelegd, dienen als een aangename toespijs; de rijpe worden rauw genuttigd.