Lindl. is de naam van een plantengeslacht uit de familie van de Rosaceeën*, nauw verwant met de Spiraea’s, maar er van onderscheiden door de gevleugelde zaden. Het telt van Centraal-Azië tot Korea een 4-tal soorten, sierlijke struiken met verspreide bladeren en grote, witte bloemen in eindelingse trossen.
Deze behoren tot onze fraaiste, in het voorjaar bloeiende struiken. Het bekendst is wel E. racemosa Rehd. (syn. E. grandiflora Hook.) uit Oost-China, de zgn. Prachtspiraea, een tot 3 m hoge heester met langwerpige, 3-6 cm lange, gaafrandige of boven het midden gezaagde, van onderen witachtige bladeren, 4 cm breede bloemen met 15 meeldraden in 4-10-bloemige trossen en een 5-kantige doosvrucht, vrij veel aangeplant. Door 20-30 meeldraden en korter gesteelde bloemen onderscheiden zich: E. Giraldii Hesse, uit N.W.-China, een nog fraaier soort dan de vorige, en E. Korolkowii Lav., uit Turkestan.
