zijn geldcredietinstellingen van de Inlandse gemeenten in Indië. Zij zijn vooral op Java en Madoera tot ontwikkeling gekomen, waar men er in 1941 ca 7000 telde, tegenover 520 in de Buitengewesten.
De leners van deze miniatuurbankjes, ruim een millioen op Java en 95.000 in de Buitengewesten, bestaan voor 40 pct uit vrouwen. De leningen zijn klein en kort, op Java 6 à 7 gulden, in 10 tot 12 wekelijkse of vijfdaagse termijnen af te lossen, in de Buitengewesten ca 10 gulden met veertiendaagse aflossingstermijnen. Voor deze leningsduur wordt 5 tot 8 pct rente over de verstrekte leensom gevorderd. Het gemiddeld bedrijfskapitaal is niet veel meer dan 500 gulden. De bankjes worden op eigen kosten gecontroleerd door de Algemene Volkscredietbank.