noemt men de vredespijp der Indianen in Noord-Amerika. Zulk een pijp is vaak ca 1 m lang, met bonte vederen en gevlochten haren of kralen versierd en geldt dikwijls als heilig.
De Indianen roken er uit bij plechtige gelegenheden en vooral bij het sluiten van overeenkomsten en verdragen. Deze worden door het roken van zulk een pijp, die alsdan van mond tot mond gaat, door de contracterende partijen bekrachtigd, waarbij het ritueel bij de verschillende stammen uiteenloopt.