Frans wiskundige (1881-1922), was achtereenvolgens hoogleraar in de differentiaal- en integraalrekening te Poitiers, hoogleraar in de hogere wiskunde aan de Universiteit te Princeton (V.S., 1913-1914) en hoogleraar in de algemene geschiedenis der wetenschappen aan het Collège de France. Hij heeft zich vnl. beziggehouden met historische en filosofische studies op het gebied der wiskunde.
Zeer bekend is zijn uitspraak: „de geschiedenis der wetenschappen is die der menselijke dwalingen”. Als filosoof stond hij op een intuïtionistisch standpunt (zie intuïtionisme).Bibl.: Leçons sur les fonctions définies par les équations différentielles du premier ordre (Paris 1908); L’Idéal scientifique des mathématiciens dans l’antiquité et dans les temps modernes (Paris 1920).
Lit.: L. Brunschvigg, L’œuvre de P. B. (Rev. de métaph. et de morale, 1922, blz. 285-288).
