Duits taalgeleerde (Maagdenburg 3 Aug. 1867 - Jena 1950), studeerde letteren en werd in 1898 hoogleraar te Jena; hij was een van de beste kenners van het Middelhoogduits en van de geschiedenis van de Germanistiek. Zijn publicaties zijn zeer talrijk.
Hij heeft vele teksten uitgegeven en allerlei weinig bekende briefverzamelingen enz. toegankelijk gemaakt.Bibl. (voorn. werken) : Quellenschriften z. neuem deutschen Lit. u. Geistesgesch. (4 dln, 1894); Lichtenbergs Aphorismen (5 dln, 1902); Wolfram von Eschenbach (5 dln, 1902); W. v. Humboldts Briefe an eine Freundin (2 dln, 1909) ; Kleine geistl. Gedichte d. 12. Jhs. (1910) ; Die Quellen von Schillers u. Goethes Balladen (1911) ; Ludwig v. Beethoven (2 dln, 1922) ; Briefwechsel d. Brüder J. u. W. Grimm m. Lachmann (2 dln, 1926) ; Briefe v. J. v. Laszberg an J. Grimm (1931); Briefe v. W. v. Humboldt an J. G. Schweizhäuser (1934); Briefwechsel der Brüder Grimm an F Zarncke (1934); Georg u. Therese Förster u. die Brüder Humboldt (1936) ; Erec v. Hartmann v. Aue (1939); W. v. Humboldts Briefe an Körner (1939); Walter v. d. Vogelweide (1943).