Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 20-08-2018

Wienbarg

betekenis & definitie

Wienbarg (Ludolf), een Duitsch schrijver, geboren den 25sten December 1802 te Altona, studeerde te Bonn en te Kiel eerst in de godgeleerdheid en daarna in de wijsbegeerte, hield in 1834 als privaatdocent te Kiel voorlezingen over aesthetiek en Duitsche letterkunde en begaf zich in 1835 naar Frankfort aan de Main, om er met Gutzkow de „Deutsche Revüe” te stichten, welke echter eerlang verdween. Nadat hij, als tot het Jonge Duitschland behoorende, in 1836 door den Bondsdag verbannen was, toefde Wienbarg eenigen tijd aan de Rijn en vervolgens te Hamburg, waar hij geruimen tijd zich belastte met het critisch gedeelte van de „Börsenhalle”, terwijl hij voorts achtervolgens als mederedacteur optrad van de „Hamburger neuen Zeitung”, van den „Altonaer Merkur” en van de „Literarisch kritischen Blätter”. Hij nam deel aan den Sleeswijk-Holsteinschen oorlog in 1848 als staf-adjudant bij het vrijkorps en in 1849 als vrijwillige jager, en overleed in zijne geboortestad den 2den Januarij 1872. Van zijne geschriften vermelden wij: „Aesthetischen Feldzüge (1834)’’, — „Holland in den Jahren 1881 und 1832 (1833, 2 dln)”, — „Tagebuch von Helgoland (1838)”, — „Darstellungen aus den Schleswig-Holsteinischen Feldzügen (1850—1851, 2 dln)”, — „Das Geheimnis des Worts (1852)”, — en „Geschichte Schleswig-Holsteins (1862, 2 dln)”.

< >