Weiszenbruch (Jan), een verdienstelijk Nederlandsch schilder van stadsgezigten, was geboren te ’s Gravenhage den 18den Maart 1822, bezocht er de teekenacadémie en werd reeds in 1843 buitenlid van Arti et Ameicitiae te Amsterdam, verwierf in dat jaar de zilveren medaille van het Schilderkundig Genootschap te Rotterdam, zag zich in 1846 benoemd tot lid der Koninklijke Académie van Beeldende kunsten te Amsterdam, in 1851 tot lid van verdienste der Académie van Beeldende Kunsten te Rotterdam, in 1858 tot eerelid van de Société Beige des Aquarellistes, en in 1861 tot officier der Eikenkroon. In 1857 ontving hij met Springer de gouden eerepenning der Haagsche tentoonstelling, en in 1859 de gouden rijksmedaille. Zijne talrijke schilderijen, in binnen- en buitenlandsche verzamelingen te vinden, onderscheiden zich door natuurlijkheid en bevalligheid, terwijl de onderwerpen en gekozene gezigtspunten getuigenis geven van zijn goeden smaak.
Geruimen tijd leed hij aan zenuw-aandoeningen, welke hem verhinderden, zijne woning te verlaten. Hij stierf in den nacht van den 14den op den 15den Februarij 1880. Hij behoorde tevens tot onze beste aquarellisten en heeft ook een aantal fraaije etsen geleverd.