Onder dezen naam vermelden wij:
Wilhelm Friedrich Volger, een verdienstelijk Duitsch schrijver, geboren te Neetze bij Lüneburg den 31sten Maart 1794. Hij studeerde te Göttingen eerst in de theologie en daarna in de natuurlijke historie, aardrijkskunde en geschiedenis, werd in 1815 collaborator aan het Johanneum te Lüneburg, in 1830 rector dier school en in 1844 directeur der met het Johanneum vereenigde reaalschool. Behalve een groot aantal schoolboeken schreef hij: „Geschichte des Dreiszigjährigen Kriegs im Fürstenthum Lüneburg (1847-1854, 3 dln)”, — „Der Ursprung und der ältere Zustand der Stadt Lüneburg (1861)”, „Die Patricier der Stadt Lüneburg”, — en „Lüneburgisches Urkundenbuch (18721877, dl 1-3)”. Sedert 1867 geniet hij een eervol emeritaat, maar blijft bij voortduring zijne zorgen wijden aan de stedelijke boekerij te Lüneburg.
Georg Heinrich Otto Volger, een verdienstelijk aard- en delfstofkundige en een zoon van den voorgaande. Hij werd geboren te Lüneburg den 30sten Januarij 1822, studeerde te Göttingen, vestigde zich aldaar als privaatdocent en werd in 1851 hoogleeraar te Zürich en in 1856 aan het Senckenbergsche Instituut te Frankfort. Van zijne geschriften vermelden wij : „Methodische Schule der Naturgeschichte (1851-1852)”, — „Studien zur Entwickelungsgeschichte der Mineralien (1854)”, — „Entwickelungsgeschichte der Talkglimmerfamilie (1855)”, — „Kristallographie oder Formenlehre der stoffeinigen Naturkörper (1855)”, — „Erde und Ewigkeit (1857)”, — „Ueber das Phänomen der Erdbeben in der Schweiz 1851-1858, 3 dln)”, — „Das Buch der Erde (1859, 2 dln)”, — „Die Steinkohlenbildung Sachsens (1860)”, — en „Das Steinsalzgebirge von Lüneburg (1865)”.
