Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 20-08-2018

Volder

betekenis & definitie

Volder (Borchardus de), een verdienstelijk Nederlandsch natuurkundige, geboren te Amsterdam den 26sten Julij 1643, studeerde aldaar, verkreeg te Utrecht de waardigheid van meester in de vrije kunsten en te Leiden die van doctor in de geneeskunde, en werd in 1670 hoogleeraar in laatstgenoemde stad.

Hij was een aanhanger der leer van Cartesius, maar werd in 1672 belet, die te verkondigen. In 1675 zag hij zich door curatoren gemagtigd, lessen te houden over de proefondervindelijke natuurkunde en daarvoor de noodige werktuigen aan te koopen, terwijl hem in 1682 de lessen in de wiskunde werden opgedragen. Christiaan Huyghens belastte hem en den hoogleeraar Fullenius met de uitgave zijner werken, zoodat door zijne zorg in 1698 de „Cosmotheoros” en in 1708 de „Opera posthuma” van dien geleerde in het licht verschenen. De Volder werd in 1705 emeritus en overleed den 21sten April 1709.

Hij schreef o. a.: „Dissertationes philosophicae de rerum naturalium principiis et de aeris gravitate (1681)”, — „Disputationes philosophicae omnes contra atheos (1685)”, — en „Excercitationes academicae, quibus Renati Cartesii philosophia defenditur (1695).”

< >