Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 20-08-2018

Valschheid

betekenis & definitie

Valschheid is in het algemeen schennis der waarheid en alzoo een vergrijp tegen de zedelijkheid. Van die vergrijpen heeft de wet de zoodanige strafbaar gesteld, welke het gevaarlijkst zijn voor de maatschappij. Die straffen zijn bepaald bij den Code Penal, bij de wet van 24 April 1836 (staatsblad N°. 13) betrekkelijk de misdaden van valsche munt, bij de wet van 10 Mei 1837 (staatsblad N°. 21), houdende tijdelijke aanvulling der bepalingen omtrent de enkele en bedriegelijke bankbreuk, en bij eenige verordeningen van policie.

Valsche getuigenis in strafzaken wordt bedreigd met dezelfde of eene mindere straf dan gesteld is op de misdaad, die het voorwerp van onderzoek uitmaakt, doch minstens met tusschen de 5 en 10 jaren gevangenis, en in burgerlijke zaken is de straf beperkt tusschen 5 en 10 jaren. Op een valschen eed staat dezelfde straf als op valsche getuigenis. Valschheid in geschrift door een ambtenaar of bekleeder van eene openbare bediening in de verrigtingen, tot zijne betrekking behoorende, wordt gestraft met eene opsluiting van 5—20 jaren, terwijl op valschheid in authentieke acten eene gevangenisstraf van 5 tot 15 jaren, is gesteld.

Muntvervalsching werd vroeger met de doodstraf bedreigd, doch thans voor de muntmeesters en bestuurders van ’s Rijks munt met eene gevangenis van 6 tot 20 en voor anderen van 5 tot 10 jaren. Het namaken van koperen munt kan gestraft worden met 1 tot 3 jaren correctioneel. Bankbreuk wordt gestraft met eene gevangenis van 5 tot 10 jaren, het voorgeven van valsche kwaliteiten, om een ander te misleiden, met eene 5tot 10-jarige opsluiting. In het algemeen heeft de wet als valschheid strafbaar gesteld alle daden, waardoor men de maatschappij of zijn naaste benadeelt of waarbij de bedoeling om te benadeelen blijkbaar is.