Rozijnen of gedroogde druiven worden vooral uit het zuiden van Europa en Klein-Azië in groote hoeveelheid in den handel gebragt. De grootere soorten verkrijgt men van groote, langwerpige druiven, die men eenvoudig in de zon en alleen in geval van nood door kunstmatige warmte droogt. De beste rozijnen, vooral voor het dessert bestemd, komen als trosrozijnen, de overige in afzonderlijke bessen in den handel. Men heeft Smyrnasche rozijnen (uit Tsjisjme, Voerla, Karaboernoe, Cos en Samos afkomstig), Sultana-rozijnen (zonder pitten, uit Klein-Azië) en zeer groote Damasceensche rozijnen.
De Italiaansche en Fransche rozijnen worden meerendeels naar Engeland verzonden. Bij ons worden, behalve Smyrnasche, vooral Spaansche rozijnen gebruikt, uit Malaga, Valencia en Alicante aangevoerd. Kleine rozijnen noemt men krenten (zie aldaar).
