Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 14-08-2018

Pskow

betekenis & definitie

Pskow of Pleskow, een Russisch gouvernement, tot Groot-Rusland behoorend, grenst aan de gouvernementen Petersburg, Nowgorod, Twer, Smolensk, Witebsk en Lijfland en heeft eene oppervlakte van 793 geogr. mijl met 576000 inwoners (1870), meerendeels Russen en voor ’t overige Finnen, Letten en Esthen. Van deze zijn bijna 3000 R. Katholieken, bijna 7000 Protestanten, 2000 Israëlieten en de overigen orthodoxe GriekschKatholieken met bijna 27000 afgescheidenen. Het land is over het geheel effen en slechts in het zuiden en oosten heuvelachtig, in het algemeen sterk met bosch begroeid en behoorlijk van water voorzien. Dâàr vloeijen de Düina, de Welikaja, de Lowath, de Sjelon en de Polista, van welke de laatste 4 zich uitstorten in het Ilmenmeer.

Van de meren is het Pskowermeer 131/3 geogr. mijl groot, en door een arm met het meer Peipoes verbonden. Voorts zijn er veel poelen en moerassen. Het klimaat is er ruw en levert vele donkere, benevelde dagen, doch het is er niet ongezond. Men verbouwt er: graan, hennep, veel vlas en peulvruchten. Ook is er veel wild, visch eu veen.

De veeteelt is er niet van groot belang, doch de jagt en de visscherij des te meer. De nijverheid begint er zich te ontwikkelen, en de handel wordt er door de Oostzeehavens en door den spoorweg van Petersburg naar Wilna bevorderd. — De evenzoo genoemde hoofdstad ligt aan de Welikaja en aan boven vermelden spoorweg, bestaat uit 3 hoofdwijken en telt ruim 18000 zielen (1876). zij is de zetel van een Griekschen bisschop, van een seminarium, van een gymnasium en van andere inrigtingen van onderwijs. In de middeneeuwen was zij eene belangrijke koopstad en behield geruimen tijd eene gemeenebestelijke zelfstandigheid. Zij verloor deze in 1509 en werd in 1581 door Stephan Bathori, koning van Polen, belegerd, maar niet veroverd.

< >