Preller. Onder dezen naam vermelden wij :
Friedrich Preller, een verdienstelijk landschapschilder. Hij werd geboren te Eisenach den 25sten April 1804, bezocht het gymnasium te Weenen, oefende zich aldaar in het teekenen, vervolgens te Dresden en in 1824 met een jaargeld van den groothertog Karl August te Antwerpen. Van 1827—1831 vertoefde hij in Italië. Na zijn terugkeer te Weimar schilderde hij voor de groothertogin Maria Paulowna 6 groote Thüringsche landschappen met historische stoflage in olieverf, en versierde de Wieland-zaal in het residentieslot met tafereelen uit „Oberon” in tempera, alsmede in 1833—1836 eene zaal in het huis-Härtel te Leipzig met tafereelen uit de „Odyssee”. Voorts leverde hij eene reeks van landschappen, ontleend aan de berg- en kustgewesten van Duitschland, de Nederlanden en Noorwegen. In 1857—1858 verbeterde en copiëerde hij de muurschilderijen van het huis-Härtel, stelde in 1858 de cartons ten toon en ontving van den Groothertog van Weimar den last, om ze op de wanden te schilderen der loggia van het nieuwe muséum te Weimar, terwijl hem tevens de noodige middelen werden toegestaan tot een tweejarig vertoef in Italië (1859—1861), waarna hij zijne compositiën herschiep in een cyclus van 16 schilderijen, welke ter bestemder plaatse zijn gebragt.
Ludwig Preller, een verdienstelijk letterkundige , geboren te Hamburg den 15den September 1809. Hij studeerde te Leipzig, Berlijn en Göttingen, werd in 1833 privaatdocent te Kiel en zag zich in 1838 benoemd tot hoogleeraar te Dorpat. Na het volbrengen eener reis naar Italië, begaf hij zich naar Jena, werd er in 1846 professor, maar vertrok reeds het volgende jaar als opperbibliothecaris naar Weimar. In 1852 ondernam hij met Göttling en Hettner eene reis naar Griekenland en Klein-Azië, en overleed te Weimar den 27sten Junij 1861. Van zijne geschriften vermelden wij: „Griechische Mythologie (1854, 2 dln; 3de druk, 1872—1875)’, — „Römische Mythologie (1858, 2 dln; 2de druk 1865)”, — „Historia philosophiae Graeco-Romanae (met H. Ritter, 1838; 5de druk 1875)” — en „Ausgewählte Aufsätze aus dem Gebiete der klassischen Alterthumswissenschaft (1864)”.