Pomaceën is de naam van eene tweezaadlobbige piantenfamilie uit de orde der Roosbloemigen. Zij omvat boomen en heesters met afwisselende, gesteelde, gave, vindeelige of handvormig gelobde of oneven gevinde bladeren, vrije, meestal afvallende steunblaadjes en volkomene, regelmatige, in trossen, schermen of bijschermen geplaatste bloemen. De kelk vormt op het onderstandig vruchtbeginsel een 5-deeligen zoom. De 6 bloembladen wisselen af met de kelkslippen en staan op den kelkzoom, waarop zich ook de talrijke meeldraden met draad- of priemvormige, vrije helmdraden met 2-hokkige, overlangs openspringende helmknoppen verheffen.
Het onderstandig vruchtbeginsel is 1-, 2-, 3- of 5-hokkig en heeft evenzoovele stampers met enkelvoudige stempels, en in ieder hok bevinden zich gewoonlijk 2 eitjes. De vrucht is eene met den kelkzoom gekroonde steenvrucht of bes. De zaden hebben eene lederachtige schaal, geen endospermum en eene regte kiem met vleezige zaadlobben en een kort, kegel vormig worteltje. Alle Pomaceën groeijen op het noordelijk halfrond, inzonderheid in Europa, Azië, Noord- en Midden-Amerika. Vele soorten zijn belangrijk wegens hare eetbare vruchten, vele andere wegens haar uitmuntend hout, terwijl onderscheidene tot de sierplanten behooren. De voornaamste geslachten dezer familie zijn: Pirus, Sorbus, Mespilus, Cydonia en Crataegus.
