Onder dezen naam vermelden wij:
Octavia, de gemalin van den drieman Marcus Antonius en de zuster van keizer Augustus. Zij was eerst aan Cajus Marcellus en na den dood van dezen als onderpand der tot stand gekomen verzoening (40 vóór Chr.) aan Macus Antonius ten huwelijk gegeven. Geruimen tijd slaagde zij er in door hare voortreffelijke eigenschappen en haren beminnelijken omgang Antonius aan zich te verbinden en de gedurig opkomende oneenigheden tusschen haren gemaal en haren broeder uit den weg te ruimen. Toen echter Antonius gekluisterd was door de bekoorlijkheid van Cleópatra moest zij van hem de grofste beleedigingen ondervinden.
Zij verdroeg ze echter met geduld, en toen Antonius haar den scheidbrief gezonden had, wijdde zij zich hoofdzakelijk aan de opvoeding zijner kinderen, zoowel aan die van hare eigene als aan die van de kinderen van Fulvia en Cleópatra, en overleed in het jaar 11 vóór Chr.
Octavia, de gemalin van keizer Nero. Zij was eene dochter van keizer Claudius en van Messalina, de zuster van Britannicus en werd in 62 na Ch. op aansporing van Poppaea Sabina door haren gemaal verstooten en naar Campania verbannen. Daar het volk hierover zijne ontevredenheid aan den dag legde, riep men haar terug, doch beschuldigde haar vervolgens van echtbreuk, waarna men haar naar het eiland Pandataria verwees, alwaar haar de aderen geopend werden.
