Narcotica of verdoovende zelfstandigheden zijn zoodanige, die de werking der zenuwen verminderen, belemmeren of vernietigen. Reeds in betrekkelijk kleine hoeveelheid bedreigen zij het leven, zoodat zij tot de vergiften worden gerekend. Toch deinen zij veelal zoowel tot geneesmiddelen als tot verhooging van het ligchaamsgenot. Immers de meeste volkeren rooken, snuiven of kaauwen tabak, en het is toch zeker, dat de daarin aanwezige nicotine de werkzaamheid der zenuwen en spieren vermindert.
Hasjis en opium, die aan de gebruikers de schoonste droombeelden bezorgen, worden door honderde millioenen menschen gebezigd. Andere millioenen kaauwen betel of coca. De roode doornappel draagt bij de Indianen den naam van kruid der graven, omdat zij, daarvan een aftreksel drinkende, de geesten hunner vaderen meenen te zien. De Kamtsjadaal windt zich op met vliegenzwam (Amanita muscaria). Daarenboven worden wolfkers, tilzenkruid, vingerhoedskruid, nieskruid, monnikskap, gevlekte scheerling en blaauwzuur in de geneeskunde gebruikt. De narcotica werken verschillend naar gelang van de toegediende hoeveelheden: in geringe giften opwekkend, in grootere verdoovend en in nog grootere vernietigend. Met uitzondering van het blaauwzuur behooren zij tot het plantenrijk. Men is er in geslaagd het werkzaam beginsel uit de planten af te zonderen; het is bekend als atropine, hyoscyamine, digitaline, veratrine, aconitine, coniïne, morphine, codeïne en daturine, en eene vergiftiging met eene van deze stoffen, kan door de scheikunde worden aangewezen.