Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 10-08-2018

Nádasdy

betekenis & definitie

Nádasdy (Fogaras) is de naam van een adellijk Hongaarsch of eigenlijk Croatisch geslacht, hetwelk sedert 1625 de grafelijke waardigheid bezit. Het heeft het uitgestrekte majoraat Fogaras in eigendom en bloeide in 2 lijnen, van welke echter de jongere in 1860 is uitgestorven.

Het hoofd der oudere lijn is graaf Frans van Nádasdy, geboren den 28sten Junij 1842. Zijn oudoom, graaf Michaël van Nádasdy, geboren in 1775 en overleden in 1854, was geruimen tijd Oostenrijksch minister, en diens zoon, graaf Frans Seraphin van Nádasdy, geboren in 1801, was in Oostenrijk van 1857 tot 1860 minister van Justitie, vervolgens president van den Rijksraad en eindelijk van November 1861 tot 1862 hofkanselier voor Siebenbürgen en Oostenrijksch minister, terwijl hij thans zitting heeft in het Huis der Heeren. Van de overige leden van dit geslacht vermelden wij:

Thomas van Nádasdy, paladijn van Hongarije, geboren in 1498. Hij ontving in Italië eene uitstekende opleiding, werd secretaris van koning Lodewijk, wist te bewerken dat na diens overlijden Ferdinand van Oostenrijk tot zijn opvolger gekozen werd, en geraakte als bevelhebber van Ofen na eene hardnekkige verdediging krijgsgevangen bij de Turken. Door tusschenkomst van Zapolya ontkwam hij aan den dood, zoodat hij diens getrouwe aanhanger werd, weshalve hij de heerlijkheid Fogaras tot belooning ontving. Later schaarde hij zich weder aan de zijde van Ferdinand, zag zich in 1554 tot paladijn gekozen en nam die betrekking op zoo loffelijke wijze waar, dat men hem „de groote Paladijn” noemde. Hij overleed den 2den Junij 1562, en voor korten tijd verrees ter zijner eer een standbeeld in het paleis van zijn geslacht te Pesth.Frans van Nádasdy, een achterkleinzoon van den voorgaande, wegens deelneming aan eene zamenzwering van den Hongaarschen adel om zijne regten en vrijheden te handhaven, op last van keizer Leopold I den 30sten April 1671 te Weenen onhoofd. Hij schreef: „De monarchia et s. corona regni Hungariae (1659)”, — „Mausoleum regni apostolici Hungarici regum et primorum ducum (1664)”, — en „Cynosura juristarum (1668; 2de druk, 1700)” Frans Leopold, graaf van Nádasdy, een kleinzoon van den voorgaande en geboren den 30sten September 1708. Hij woonde reeds als kolonel van een regiment hussaren in 1734 tot 1739 de veldtogten bij in Italië, in Hongarije en aan de Rijn, — voorts als generaal der kavallerie den Oostenrijkschen Successie-oorlog, ontrukte in November 1741 aan de Franschen en Beijeren Neuhaus in Bohemen, versloeg in 1743 bij Braunau de Beijeren en veroverde onderscheidene plaatsen aan de Inn en aan de Salza.

In 1744 bestuurde hij den meesterlijken overtogt van het leger van prins Karel van Lotharingen over de Rijn en bemagtigde daarna de liniën van Lauterburg en Weiszenburg. In Mei 1745 leed hij wel is waar de nederlaag in den strijd tegen Winterfeld bij Hirschberg, maar dekte vervolgens met groot beleid den aftogt van prins Karel van Lotharingen en overwon in den slag bij Sorr (30 September 1745) het Pruissische leger.

Na het sluiten van den Vrede bij Dresden voegde hij zich bij het leger in Italië, waar hij zich desgelijks als krijgsman onderscheidde. In 1754 benoemde Maria Theresia hem tot generaal der kavallerie en tot kommandant van Ofen, en in 1756 tot banus van Croatië. In 1754 snelde hij met de Croatiërs generaal Daun te hulp, streed dapper bij Kollin, versloeg Winterfeld bij Moys en veroverde Schweidnitz.

In den slag bij Leuthen (5 December 1757) was hij de eerste, die het krijgsplan van Frederik II doorgrondde, maar hij ontving niet vroegtijdig genoeg ondersteuning om aan den oorlogskans eene andere wending te geven. Hij keerde vervolgens terug naar zijn banaat, en overleed te Karlstadt den 22sten Maart 1783.

< >