Montreal, de volkrijkste stad en belangrijkste handelsplaats van Britsch Noord-Amerika, ligt in de provincie Quebec, ter plaatse waar de St. Laurensrivier zich vereenigt met het meer Ontario.
Langs de rivier vindt men prachtige kaden van kalksteen ter lengte van 3 Ned. mijl. De straten zijn er breed en regt; de benedenstad is vooral het tooneel der bedrijvigheid, terwijl de bovenstad, aan de helling van den Mont Royal, met talrijke villa’s is bezaaid. Van de 65 kerken is de R. Katholieke hoofdkerk, aan Notre Dame gewijd, de merkwaardigste; zij is in spitsboogstijl opgetrokken, voorzien van 2 torens ter hoogte van ruim 68 1/2 Ned. el en kan 10000 menschen bevatten. Ook de Anglicaansche hoofdkerk is ruim en fraai.
Voorts vermelden wij de prachtige markthal, de beurs, het geregtshof en onderscheidene instellingen van weldadigheid. Op het plein Jacques Cartier verheft zich een gedenkteeken ter eere van Nelson. Tot de inrigtingen van onderwijs behooren er: de M'Gillsuniversiteit, een collége der Jezuïeten, eene Latijnsche school en eene militaire académie. Voorts heeft men er onderscheidene geleerde genootschappen en openbare bibliotheken.
Eene prachtige waterleiding voorziet de stad van drinkwater. De gemiddelde jaarlijksche temperatuur is er 7,5° C. en de bevolking bedroeg in 1872 bijna 118000 zielen, meestal van Franschen oorsprong.
Men heeft er ijzergieterijen, brandewijnstokerijen, bierbrouwerijen, scheepstimmerwerven , sigarenfabrieken, zeepziederijen enz., en een uitgebreiden handel. Schepen van 3000 ton kunnen er aanleggen aan de kade, en eene traliebrug ter lengte van 2800 Ned. el, door Stephenson in 1854—1859 gebouwd, verbindt de stad met het spoorwegnet der Vereenigde Staten.
Toen Jacques Cartier in 1535 de plaats bereikte, waar thans Montreal zich verheft, vond hij er een dorp van Indianen, hetwelk den naam droeg van Hochelaga. Hjj noemde den daarachter gelegen berg Mont Royal. De eerste Europésche kolonisten kwamen er in 1542, en eene eeuw later ontving de reeds aanzienlijke plaats den naam van Villemarie. In 1688 bragten de Indianen er eene vreeselijke slagting te weeg onder de Franschen. De stad was in 1760 de laatste sterkte der Franschen in Canada en werd toen door de Engelschen veroverd. In 1778 maakten de Noord-Amerikanen onder Montgomery zich van haar meester, doch ontruimden haar in 1776. In 1849 werd er bij een verzet tegen de Britsche regéring het Parlementsgebouw verwoest, en in 1852 vernielde een felle brand er 1108 woningen.